Gent 27 en 28 maart 2010
Inleiding
We hebben samen met Yonty en Edith een weekend doorgebracht in Gent. Yonty gaat namelijk met enige regelmaat naar een opvangtehuis in Oostakker, even ten noordoosten van Gent, niet om daar te worden opgevangen maar om daar frites te bakken voor diegenen die het opvangtehuis willen steunen door voor die frites te betalen (en die de frites uiteraard opeten). Het tehuis heet De Kromme Boom en we mogen er logeren.
Zaterdag 27 maart 2010
Het is vroeg in de middag als we in De Kromme Boom arriveren en we worden opgevangen door Marc, die daar woont. Het tehuis is door de bewoners eigenhandig gebouwd met materialen die geschonken zijn door allerlei bedrijven. Zo heeft een steenhouwerij veel marmeren en granieten platen gegeven en die zijn als mozaïekvloeren neergelegd. Want de platen hadden verschillende kleuren en ook verschillende diktes, maar dat laatste zie je niet aan de gladde vloeren af.
We krijgen een ruime kamer op het verdiep, met uitzicht op de velden graszaad die bij het tehuis horen. Want er hoort ook een boerderij bij, die we later zullen zien.
Marc brengt ons met zijn (ook al geschonken) auto naar de binnenstad van Gent en hij zet ons af bij de Sint Jacobskerk. Daar is een rommelmarkt gaande, die juist wordt afgebroken als we er rondlopen. We lopen een willekeurig straatje in en bevinden ons plotseling in een buurtje dat in het begin van de 20ste eeuw (1906 zien we een paar keer als jaartal op de gevels) als één geheel is gebouwd door blijkbaar één architect. Een bewoonster legt ons uit dat de architect vrijmetselaar was en dat blijk je goed te kunnen zien aan de ornamentiek van de gevels. De passer en de winkelhaak zijn enkele malen als ornament toegepast. De architect blijkt te zijn geweest: Jacob Gustaaf Semeij. De straat waar we door lopen heet Wolfstraat en inderdaad komt ook de wolf als ornament voor.
Huis "De Passer" (1906) in de Wolfstraat, het woonhuis van de architect Semeij
Attributen van de vrijmetselarij in de voorgevel
De Baudelostraat is ontworpen door Semeij als winkelstraat
De geplande winkels in de Baudelostraat zijn er nooit gekomen
We komen op de Vrijdagmarkt waar het standbeeld staat van Van Artevelde, als herinnering aan de Guldensporenslag (1302). De Vrijdagmarkt wordt omzoomd door café's en restaurants en één hoek wordt gedomineerd door het voormalige Bondshuis van de socialistische vakbond.
Geheimzinnige tekens in deze gevel bij de Sint Jacobskerk
Vrijdagmarkt met het standbeeld van Van Artevelde en de torens van de Sint Jacobskerk
Het vroegere complex van coöperatieve winkels aan de Vrijdagmarkt
Verder wandelend betreden we het buurtje Patershol. Hier bevinden zich, in een historische ambiance, de wat duurdere restaurants. Het Gravensteen is het sluitstuk van dit buurtje, daar begint de eigenlijke binnenstad.
De toegang tot Het Patershol
Opvallende elementen in die binnenstad zijn de kroegen aan de Groentemarkt en de mosterdwinkel daar vlakbij. De kroegen zijn het Waterhuis aan de Bierkant en het Dreupelkot. In het Waterhuis worden diverse bieren getapt en in het Dreupelkot zijn dat de jenevers, waaronder de unieke vanillejenever. In de mosterdwinkel wordt verse mosterd uit vaten geschept.
De rivier de Leie met het Waterhuis aan de Bierkant
De Leie gezien richting Vrijdagmarkt
Het Dreupelkot
De mosterdwinkel Tierenteyn
De rest van de binnenstad ligt geheel overhoop, de bestrating blijkt overal opgebroken en het lopen is een moeizame onderneming. De diverse leidingen, zoals de riolering, worden vernieuwd en tijdens de werkzaamheden worden tal van archeologische vondsten gedaan die allemaal in kaart moeten worden gebracht. Die tijdrovende aanpak zorgt ervoor dat de operatie pas in 2013 helemaal klaar zal zijn.
Ondanks deze belemmerende omstandigheden weten we, zij het soms struikelend, de bekende gebouwen in ''de kuip van Gent'' te bereiken; de kerk van Sint Nicolaas, het Belfort en de Sint Baafskathedraal. De torens van deze drie gebouwen vormen tezamen het beroemde rijtje Gentse torens.
De Sint Baafskathedraal en het Belfort
In de Sint Nicolaaskerk
Sint Nicolaas met de drie uit de kookpot geredde kinderen
God de Vader in de Sint Nicolaaskerk
Teruglopend zien we de Graslei met het oudste huis van de Nederlanden, in Romaanse stijl. Dit is het deel van de binnenstad dat door het water van de Leie wordt gedomineerd.
De Graslei
Het oudste huis in de Nederlanden, in Romaanse stijl, staat aan de Graslei
De Leie
Het is tijd voor een maaltijd en daarvoor zoeken we de Vrijdagmarkt weer op, waar we terecht kunnen in het restaurant '''t Genieterke''. We eten er Vlaamse stoverij met frites (in een puntzak opgediend), met Gentse mosterd, en met een Blonde Leffe daarbij.
We gaan met de bus terug naar Oostakker, overstappen bij het station Dampoort. Door de opbrekingen is ook het openbaar vervoer in Gent drastisch ontregeld, de tram kan de binnenstad niet meer bereiken en ook de bussen rijden om.